29 december 2008

Vijfhonderd

Dat is het aantal bladzijden dat ik in Word heb volgetypt de afgelopen drie maanden. Gebeurde situaties beschrijven, notities uittypen, info uit gesprekken verwerken, bedenkingen uiten, indrukken weergeven, enzovoorts. Alles moet worden uitgetypt als het nog heel vers in mijn hoofd zit. Minstens twee uur per dag zit ik met mijn laptop op schoot alles ‘eruit te gooien’. Als ik klaar ben is het alsof ik naar de grote WC ben geweest: leeg en voldaan, maar weten dat het morgen weer moet :-).

Elk beetje informatie dat je denkt dat bruikbaar is, moet je twee, nee drie of nog beter vier, vijf keer checken. Want mensen zeggen verschillende dingen op verschillende momenten, die niet overeenkomen met elkaar. Of ze zeggen iets, en doen dan het tegenovergestelde. Of ze vertellen dingen die je niet van de eerste keer kan plaatsen door een gebrek aan achtergrondkennis.

De eerste weken voelde ik me vaak overweldigd door al het nieuwe en tegenstrijdige, maar door te observeren wat mensen zeggen, wat ze zeggen wat ze doen, en wat ze effectief doen, krijg je langzaam meer inzicht. Je moet op scherp staan, een klein dingetje kan al van belang zijn en je plots iets doen beseffen: een terloopse opmerking, een reactie van een persoon op een situatie, een conflict.

Ik ben onderzoekster, maar loop hier dus niet rond als een journalist met een microfoon, de mensen achtervolgend. Neen, het meeste leer ik door spontane situaties en informele gesprekken en door vriendschappelijke relaties op te bouwen met mensen. Er wordt hier heel wat afgelachen en onnozel gedaan, wat al geresulteerd heeft in hilarische foto’s en filmpjes. Als er dan een gesprek begint over een onderwerp waarvan ik voel dat het betekenisvol zou kunnen zijn voor mijn onderzoek, stel ik meer gerichte vragen en neem ik –als de situatie het toelaat- mijn notitieboekje erbij. Zo heb ik al een dozijn boekjes volgekribbeld.Het is een puzzel van duizend stukjes en elk stukje dat ik ontdek geeft een kick.

Kortom: de manier van leven is hier relaxed – daarvoor is dit Afrika - maar mijn brein is steeds hard aan het werk.

Op 2 januari zit het er hier op. Dit was mijn ‘orientatieperiode’. Ik had twee doelen. Ten eerste de taal leren waarin ik nu redelijk goed ben, wat in het begin niet eenvoudig was omdat het bijna helemaal gebeurde zonder hulp van een ‘gedeelde tussentaal’ zoals Engels of GSL - aangezien de meesten volledig monolinguaal zijn in AdaSL. Het tweede doel was om een brede indruk op te doen van het leven van dove mensen in Adamorobe, op de manier beschreven in de bovenstaande paragrafen.

Het wordt een helse taak, maar die 500 bladzijden moeten geanalyseerd worden. Met een computerprogramma verdeel ik klein beetje informatie in categorieen onder. Mogelijk bruikbare stukjes moeten eruit gefilterd worden en nieuwe vragen geformuleerd. Ik ga thema’s en onderwerpen moeten uitkiezen waarop ik mij speciaal zal richten in mijn tweede onderzoeksperiode, die zes maanden zal duren. Ik moet ook al een eerste onderzoeksrapport schrijven en in april hierover een soort mondeling examen afleggen om voort te mogen doen met dit doctoraatsonderzoek. In mei ben ik terug hier, voor mijn tweede en laatste onderzoeksperiode, en dan komen er weer geregeld blogpostjes, want ik heb nog een hele lijst onderwerpen waarover ik wil bloggen!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten